Deel 2
Er zijn in het klimwereldje ook geruchten die zeggen dat je tijdens commerciële expedities klanten meeneemt naar plaatsen, waar ze eigenlijk helemaal niet moeten komen. Kammerlander heeft het daar bijvoorbeeld ook over in zijn boek. Ik ben er voor deelnemers de randvoorwaarden om die berg te kunnen bedwingen. Dat is mijn beroep. Als we nu heel lang lullen zou ik misschien uiteindelijk zeggen dat ik het niet moet doen. Maar, als we zo ver gaan, hoe ver moeten we dan gaan? Als een Oostenrijkse gids wel honderden mensen per jaar de Gross-Glockner helpt te beklimmen, staat die dan in het recht om in alle eerlijkheid te beweren dat iemand dat niet bij de Everest mag doen? Het blijft een moeilijk verhaal, maar nogmaals, ik ga ervan uit dat zolang ik er niemand anders mee schaad, ik het maar gewoon moet doen zolang ik mij er goed bij voel.Bij betalende deelnemers lijkt het moeilijker om nee te moeten zeggen tegen een toppoging als de condities niet ideaal zijn.
? Wat betreft het aanwijzen van deelnemers die naar de top kunnen is het in het algemeen zo dat het natuurlijke proces iedereen vanzelf wel bewust maakt wie wel en niet in staat is om de top te halen. Toch is het ook voorgekomen dat we met z? n vijven een toppoging zouden ondernemen en dat twee deelnemers ? s nachts ziek zijn geworden. De volgende morgen heb ik gezegd dat het gehele topteam zou afdalen om de zieken te helpen. Dat was moeilijk, want de anderen voelden zich wel heel goed. Maar dat is het risico van met meerdere personen tegelijk klimmen. Ik ben dan vrij direct en geef denk ik weinig ruimte voor discussie. Op dat moment was ik ook erg verbaasd over de onwil van de gezonden om de zieken te helpen en weigerde hierover te gaan bakkelijen. Na afloop is die ruimte er natuurlijk wel. Voor mij speelt het feit dat ze betaald hebben op dat moment even niet. Belangrijker is dat iedereen heelhuids terug komt. Natuurlijk probeer ik iedereen, die daar fysiek toe in staat is, net zo veel toppogingen te laten doen tot ze boven komen, maar ze moeten ook nog terug kunnen komen naar het basiskamp. Vaak moeten de deelnemers tot en met de top begeleid worden, soms kunnen ze het best zonder mij. Als ik dan zelf ook boven kom, is dat mooi meegenomen.
(On)geduld
In Azië heerst er veel oneerlijkheid en bureaucratie. Het zijn misschien wel de twee dingen waar Robert het minst goed tegen kan. Op een gegeven moment was hij het zelfs zo zat dat hij het voor elkaar heeft gekregen om de minister of Civil Aviation in Nepal zowat te ontvoeren. ? We wilden een binnenlandse vlucht maken. Vroeger kon je enkel een vlucht maken van Kathmandu naar Lukla. Van Lukla kostte het nog eens drie dagen om over land door te reizen naar Syanboche. Daarom vlogen we tegenwoordig rechtstreeks op Syanboche. Het gevolg was natuurlijk dat de bevolking in Lukla geen inkomsten meer hadden. Om dit recht te zetten had de regering onlangs besloten om alles terug te draaien. Onze vlucht was natuurlijk de eerste bij wie dat moest gebeuren. Maar er stond op onze tickets keurig dat we naar Syanboche zouden vliegen. Daarnaast hadden we al een dag vertraging en er bestond tevens grote twijfel of er überhaupt gevlogen zou worden en waar naartoe. De directeur van de vluchthaven stuurde ons door naar de minister van Civil Aviation en andersom gebeurde hetzelfde. Zo bleven we heen en weer gestuurd worden, totdat op een gegeven moment die minister op de luchthaven kwam. We hebben hem toen in zijn kraag gegrepen en voor de beveiliging wist wat er aan de hand was hadden we hem al in het kantoor van de luchthavendirecteur gegooid. ? Ga samen maar een oplossing zoeken. Het interesseert me niet hoe, maar pas als jullie een oplossing hebben gevonden laten we jullie eruit.? Binnen een uur waren ze eruit en konden we naar Syanboche. De hele onzin kostte ons 5 dagen van onze expeditie.
Als Robert dit vertelt maakt hij gebaren met zijn handen, en lacht hij breeduit bij het vertellen van de clou.
Een andere keer ben ik ontzettend boos geworden op een staatsfunctionaris die ons 60 dollar boete per persoon gaf omdat we een dag te vroeg in het dal terug waren van onze expeditie. ? Dwelling in compound level? heette deze waanzin. Te vroeg terug van een expeditie, kun je je dat voorstellen? Wat moet ik dan doen, een dag boven blijven zonder eten? Ik zag een gedeelte van mijn inkomsten van die expeditie al richting de staatskas van China verdwijnen. Na langdurig onderhandelen en praten gaf die zak nog steeds niets toe. Ik zei hem dat hij moest wachten en dat ik iemand anders zou halen. (die meer geduld had). Toen ik René wilde vragen mee te komen was hij al te dronken om iets zinnigs uit te brengen. Stefan ging terug om te vertellen dat René ziek was, waarna de tolk achter hem aanliep naar het café en René zag zitten. Hij Stefan begon te vertellen dat hij een leugenaar was. Het dreigde uit de hand te lopen. Ik ben er nog naar toe gegaan, maar ik had echt geen geduld meer. Ik ben weer naar buiten gelopen en nog iets gezegd van: ? Go and fuck yourself? , hetgeen helaas meteen vertaald werd door die tolk. Later kreeg ik een brief waarin mijn excuses werden geëist, anders hoefde ik niet meer terug te komen in China.... tja toen heb ik maar even door het stof gekropen, .... iets dat ik niet zo gek graag doe. Ik probeer me altijd zo goed mogelijk in te leven in een aan te passen aan de locale gebruiken en zeden en respecteer deze ook. Maar, ik houd niet zo van het spelletje ? Toeristje uitzuigen? . ?
Aan de ander kant heb ik wel heel veel geduld met deelnemers aan cursussen en expedities. Als iemand iets niet in één keer snapt of onder de knie heeft, stoort me dat helemaal niet en leg ik desnoods alles tien keer uit. Je kunt van Nederlanders niet verwachten dat ze binnen enkele weken zaken als skiën en lopen in het basisterrein net zo goed kunnen als iemand die in de bergen opgroeit. Ik ken die problemen natuurlijk ook uit eigen ervaring. Voor de meeste Oostenrijkers waarmee ik de gidsenopleiding deed waren de examens een noodzakelijke stap om later te kunnen gidsen. Ik daarentegen ben er heel bewust mee bezig geweest en heb met name voor het ski-onderdeel veel moeten trainen en oefenen. Maar dat is niet de belangrijkste reden dat ik veel geduld heb. Vergeet niet dat ? mijn? cursisten op vakantie zijn. Dat ze veel willen leren wil niet zeggen dat ze op strafkamp zijn. Ik schiet heus wel eens uit mijn slof, vooral als ik zie dat iemand zichzelf of anderen in gevaar brengt door slordigheid of ongeïnteresseerdheid. Maar, als iemand het goed wilt doen, dan neem ik daar rustig de tijd voor. Er zijn ook wel eens klimmers die conditioneel niet tot de allersterksten behoren. Ach, dan doen we er toch gewoon een kwartiertje langer over? Het is geen wedstrijd.
Ten aanzien van de andere Nederlandse Gids, Edward Bekker, heeft Robert wel eens voor de grap gezegd had dat hij zelf eigenlijk de enige echte gids was. Dit omdat Bekker Duits gids is, en ze in Duitsland geen bergen hebben. Naar aanleiding van die opmerking moest ik concluderen dat we dus eigenlijk nog steeds geen gids hebben, aangezien er in Oostenrijk ook geen bergen zijn. Daarna verscheen er een grijns op Roberts gezicht.
Oostenrijk en ethiek
? Tja, klimmen in Oostenrijk. Ik heb vijf jaar in dat land gewoond en er na mijn diploma geloof ik nog 2 keer geklommen. Wat er nu gebeurt met Haider verbaast mij trouwens nauwelijks. Die man is al 15 jaar actief in Oostenrijk, alleen sinds een jaar pas groot in het nieuws. Ik wil absoluut niet een heel volk over één kam te scheren, maar wat er nu gebeurt, dat verbaast me niks. Ik kreeg toen ik daar woonde ook speciale ? Gastarbeiter? -nummerborden op mijn auto en in zelfs in mijn bibliotheekkaart was een grote ? A? van Ausländer gestempeld en zo werd je als tweede-rangs burger behandeld. In de geschiedenisboeken in Oostenrijk staat dat Oostenrijk in ? 45 bevrijd is. Iets dat natuurlijk de grootste onzin is. Ook Oostenrijk is 10 jaar bezet geweest door de geallieerden na de oorlog. Door dat te ontkennen is er nooit echt voldoende aandacht aan besteed aan zijn zaken als de SS en fascisme. Ik heb bijvoorbeeld aan een kerstdiner in Oostenrijk gezeten. Opa zit daar aan tafel, en vertelt doodleuk dat hij een oud SS? -er is en in ? 42 in Nederland gestationeerd was. En dat ook nog onder het mom van ? ik moest wel? . Dan zit er natuurlijk iets fout. Je kwam echt niet zomaar bij die elitetroepen. Maar goed, om de koningin te gaan verbieden om in haar vakantie naar Oostenrijk te gaan, gaat me ook beetje te ver.
Als we van de ene ethische kwestie overstappen naar de kwestie Naar-Simpson, zegt hij ? Phfff, nu ga ik even pissen? . Als hij terugkeert en er weer bier klaarstaat zegt hij: ? mmm, dat is een moeilijke vraag.? Ik reageer en zeg dat ik het hem makkelijker zal maken door alleen zijn mening te vragen over Naar zelf. Voor het eerst hoor en zie ik iets diplomatieks bij Robert (misschien het resultaat van Naars invloed via de Telegraaf). ? Ik zou een hoop zaken anders doen. Toch verdient hij wel respect voor het feit dat hij als Nederlander zaken heeft gedaan die niemand anders heeft gedaan.........? Even glimlacht hij, alsof hij veel meer naar buiten wil brengen.Maar als ik aandring zegt hij enkel: ? Tja, maar dat heb ik ook gedaan.?
? Ik heb met Joe Simpson twee weken in Kenia en een keer in Italië geklommen en zijn verontwaardiging over Naars daden op de Everest is oprecht en er is niets gekunsteld aan. Ik geef hem volledig gelijk. In Alaska ben ik ooit gevraagd door een collega van me of ik, als Nederlander ? ook zo? n fucking asshole ben als Naar? . ? Nee, en ik ken ook geen een Nederlandse klimmer die zich niet kwaad heeft gemaakt over wat hij op South Col heeft gedaan? .
Van Naars dieptepunt op de Everest is het makkelijk overstappen naar het land waar de Everest zijn voeten in de aarde heeft: Tibet.? Ja, Tibet. De bergen zijn daar gewoon zo mooi. Als ik naar Tibet ga, ga ik niet voor de Chinezen. Die Chinezen zie je sowieso haast niet. Alleen bij aankomst en bij het weggaan. Dan kloppen ze wat geld uit je zak, maar voor de rest heb je weinig met ze te maken. Zodra je de dichtbevolkte gebieden verlaat zie je al snel niets anders meer dan Tibetanen. Dat zijn heel aardige en behulpzame mensen. Toch houdt het me wel bezig. Ik weet nog goed dat ik tijdens de Cho Oyu expeditie een mailtje naar Nederland stuurde. Er stond iets in van: ? Ik heb het gevoel alsof ik als toerist in ? 43 gezellig naar Scheveningen op vakantie ga.? Dit gevoel en de situatie aldaar zou een reden kunnen zijn om er niet heen te gaan. Maar het gaat er om waar de grens getrokken wordt. Ik bedoel, wat kan er allemaal nog meer niet als je de beslissing neemt om niet naar Tibet te gaan. Dan kan Oostenrijk, om een voorbeeld te noemen, ook niet meer. Mijn grens ligt vrij ver. Ik wordt wel kwaad over de situatie daar, maar ik probeer daar overheen te stappen. Uiteindelijk als we er heel lang over door gaan, zou je nergens meer naar toe kunnen gaan. Daarom ga ik maar weer van het standpunt uit, dat zolang ik er niemand mee schaad, ik het kan doen.
Gidsenopleiding
Robert is bezig zijn ideaal te verwezenlijken: een Nederlandse gidsenopleiding. Momenteel is hij bezig met het opzetten van een gidsenopleiding in Peru. Deze opleiding kan gebruikt worden als opstap naar de Nederlandse gidsenopleiding. Zijn aversie tegen de Aziatische bureaucratie is geen reden geweest om in Peru de gidsenopleiding op te zetten, al is het wel zo dat in Peru alles een stuk beter geregeld is.
? Een Zwitserse vriend heeft alles organisatorisch opgezet en zocht nu nog iemand die verantwoording wilde nemen voor het praktijkgedeelte. Ik ben daar op in gesprongen. Sindsdien ga ik minimaal één maand per jaar naar Peru, waar het een goed uit te houden. Het gaat allemaal zo veel soepeler in Zuid Amerika. Ook wat betreft de permits. Die zijn bovendien een stuk goedkoper en je ziet tenminste ook nog wat terug voor je geld zoals nationale parken die schoongehouden worden en uitgerust zijn met wc? s, parkwachters en soms zelfs artsen erbij. In Azië krijg je niets voor je permit, zelfs niet voor de US$ 140.000.- die voor de Everest moet betalen. De gidsenopleiding is in beginsel bedoeld voor Peruanen die vervolgens vanuit daar als officiële gidsen in de Andes kunnen gaan werken. Dit zou je kunnen zien als een soort bedreiging voor de broodwinning van Westerse gidsen, maar dat vind ik niet zo belangrijk. Concurrentie komt de klant alleen maar ten goede.
Uiteindelijk wil ik graag de Nederlandse Gidsenopleiding hieraan koppelen. Eerst kunnen Nederlanders via Peru gids worden. Uiteindelijk zal er een zelfstandige Nederlandse opleiding komen en hebben de Peruanen hun eigen opleidingskader. Organisatorisch zal het wel lukken. Er moeten bijvoorbeeld zaken als wetgeving uitgezocht worden. Ten aanzien van de erkenning van de Nederlandse Gidsenopleiding verwacht ik niet al te veel problemen. Wat wel een onzekere factor is, is de vraag of er genoeg klimmers zijn in Nederland die het willen en kunnen. In de Alpenlanden zie je bijvoorbeeld dat de verhouding gidsen uit berggebieden ten opzichte van de gebieden uit de vlakke regionen behoorlijk scheef ligt. Maar goed, wat betreft het kunnen zijn er oplossingen, zoals een lager instapniveau en een langer leergedeelte. Ik krijg jaarlijks veel telefoontjes van klimmers die gids willen worden, dus het animo is er wel. Helaas kunnen de meesten niet skiën en dat beslaat toch wel 50% van de opleiding.
De klimmaat
Als ik vraag wie zijn echte klimmaat is zegt hij zonder twijfel: ? Stefan van Egten.? Ik heb heel veel met Stefan geklommen. Hij is bezig met zijn gidsenopleiding en is zojuist geslaagd voor zijn rotsgedeelte. Met hem kan ik enorm goed klimmen. Dat vertaalt zich in het gevoel dat hij zaken kan overnemen als ik er doorheen zit en andersom. Dat geeft een oprecht gevoel van veiligheid. Daarnaast is het zo dat ik met hem over alles kan ouwehoeren. Ik doe liever een minder mooie route met Stefan dan een route met een persoon die ik eigenlijk niets te melden heb. Met Stefan weet ik dat ik kan klimmen op de manier waarop ik het wil: vanuit het oogpunt: klimmen is leuk.
Het boek
Robert is momenteel bezig met het afronden van zijn boek. het boek gaat vooral over technieken in alle verschillende soorten disciplines van de bergsport.? Ik ben in dat boek alle nieuwe methodes en dergelijke aan het opschrijven. Het komt voort uit mijn interesse voor technieken. Ik kan dat tijdens mijn werk als gids vaak niet voldoende kwijt, omdat de tijd gewoon te kort is om alles uitvoerig te behandelen. Ik beschouw het dan ook als een toevoeging op het klimmen. Daarnaast is het ook de leraar in mij die komt bovendrijven. Ik vind het leuk om zaken aan anderen over te brengen. Ik ben nu in de fase dat ik die 500 blz. aan het corrigeren ben. In het voorjaar hoop ik het klaar te hebben voor uitgave. De verschillende technieken worden geillustreed met foto? s en tekeningen. De onderwerpen worden voor de meeste alpinisten herkenbaar gemaakt door middel van voorbeelden uit de praktijk. Bijna-ongelukken en ongelukken die iedereen zou kunnen overkomen. Inclusief mijn eigen stomme fouten. Alle technieken heb ik zelf in de praktijk uitvoerig geprobeerd en veel verouderde en ingesleten technieken worden, met duidelijke argumenten, de laan uit gestuurd. Een voorproefje staat op
De dood (II)
Robert vertelde eerder dat de hoogteziekte op de Cho Oyu de tweede keer was dat hij heeft gedacht dat hij het niet zou halen. Als ik hem veel later vraag of hij wil vertellen wat er de eerste keer is gebeurt aarzelt hij niet.? Dat was in ? 92, in de Pamier. Met Hildo Bos was ik een route aan het openen op de Pik 4810. Het ging heel langzaam. We moesten bijvoorbeeld alles boren en we hadden constant slecht weer. We hadden al 12 nachten in de wand gezeten. Het had eerst gesneeuwd, daarna weer gedooid en daarna was het gaan vriezen. We namen de dertiende dag het besluit om af te dalen, maar tijdens het afdalen begon het te dooien. De hele wand was bedekt met een laag ijs, die tijdens de afdaling naar beneden kwam zetten. Door de constante regen van ijsblokken heen moesten we abseilen, door een route die door de ijslaag haast niet meer te vinden was. Blok na blok regende het naar beneden. Toen heb ik voor het eerst gedacht dat ik er niet levend terug zou komen van het klimmen. Ik had maar één zo? n blok ijs op mijn hoofd hoeven krijgen en dan was het gebeurd geweest. Uiteindelijk zijn we volledig gekneusd en bont en blauw, maar wel levend beneden gekomen.
De nek
Nadat ik het eerste gesprek in het café met Robert heb gehad, ben ik naar huis gegaan en die nacht nog half aangeschoten door het bier mijn geheugen uitgeperst op (het) papier. De zondag daarna werkte ik het interview uit. Ik typte de laatste punt, sloot mijn computer af om een 23.42 uur. Bij het napruttelen van mijn laptop rinkelde mijn telefoon. ? Wist je dat Robert zijn nek gebroken heeft?? Even was ik verbaasd. ? Robert?, die was toch niet aan het klimmen?? , vroeg ik. ? Nee, hij schijnt tijdens een feest gevallen te zijn.?
? Zeg iedereen maar dat het goed met me gaat en dat ik alles gewoon kan bewegen. Ik mag een half uurtje per dag klagen en zielig doen. Ik heb heel veel geluk gehad, en nee, ik was niet dronken of zo. Dan had ik niets gebroken. Toen wij tijdens het vrijgezellenfeestje zijn gaan powerboten, zijn de damens iets van yoga gaan doen. Ze hebben onder andere zo? n oefening gedaan waarbij je met de rug naar elkaar gaat staan en dan in elkaars armen haakt. Als je dat goed doet, moet er één van de grond loskomen. Je kunt dit ook zo doen, dat één van de twee met zijn hoofd naar beneden kan hangen. Tijdens het uiteindelijke trouwfeest moest ik dat natuurlijk ook even proberen. Maar aangezien ik wat zwaarder ben dan de gemiddelde persoon hield ze het niet. Ik viel dus. 30 cm om precies te zijn. Het resultaat is bekend. Ja, dan gaan er wel veel dingen door je heen. Ik heb echt mazzel gehad, ik had ook verlamd kunnen zijn. Los van de stellage (Robert moet 6 weken met een Robokop-achtige stellage rondlopen, die zijn schouders verbind met de pinnen in zijn schedel) gaat het eigenlijk best wel weer goed met me. Mijn plannen om de Aconcagua Zuidwand te doen heb ik verplaatst naar volgend jaar. De expeditie met deelnemers gaat overigens gewoon door met een vervangende gids.?
Vier weken later, 17 december, tijdens een feestje bij Benno, schud ik Roberts hand. De stellage is verdwenen en hij heeft alleen nog een kraag om. Hij kan zijn nek weer bewegen en heeft geen pijn. Hij zegt: ? Ik ben voor het eerst weer eens op de fiets en kan me vrij bewegen zonder hulp van anderen. Het geeft een heerlijk gevoel. Over een paar maanden